Je winkelwagen is momenteel leeg!
Ringen van kerkuilen
Op de foto hiernaast zijn de attributen voor het ringen van vogels te zien:
- pen om te noteren
- speciale tang om te ringen
- boekje handleiding voor beschermers
- weegschaal
- speciale meetlat om vleugellengte te bepalen
- band met ringen
- notitieboekjes
De kerkuil is ongeveer zeven weken oud en weegt 364 gram, een weldoorvoed jong. Deze kerkuil is geboren op de monumentale boerderij ’t Meijerink te Leesten. In dat gebied zijn territoria van kerkuilen, steenuilen en torenvalken. Het is te hopen dat deze soorten de recreatiedruk kunnen weerstaan.
Kerkuilenbroedsucces in het clubhuis van de Lochemse golfbaan
De uilenwerkgroep heeft enkele jaren de kerkuilenkast van de golfbaan in Lochem gecontroleerd. Tijdens de nestcontrole op 18 mei 2012 was er een broedsel van een kerkuil in de nestkast boven het bargedeelte in het clubhuis. De verrassing was groot, omdat afgelopen jaar bij meerdere controles geen spoor van aanwezigheid van uilen was (meestal zijn er dan braakballen aanwezig). Bij de genoemde controle vloog een oudervogel, waarschijnlijk het vrouwtje, uit de kast. Er lag een stapeltje donsballen, de jonge uilskuikens. Ik heb toen 5 kopjes in de kluwen dons kunnen zien, in het schemerdonker.
De nestkast is moeilijk te bereiken, ladders op de vliering, bijna geen mogelijkheid om te staan, te lopen, laat staan een ladder te zetten. Maar toch, waar een wil is… Ondanks dat ik twee jaar geleden een lelijke val heb gemaakt ben ik toch doorgegaan met op ladders klimmen. Op 31 mei zijn de uiltjes geringd. Zij worden dan uit de nestkast gehaald, in een afgesloten mandje naar beneden gebracht om de ringprocedure te ondergaan. Iedere vogel wordt voorzien van een ring met uniek nummer, waardoor het beest een individu wordt die gevolgd kan worden. Leeftijd in dagen wordt bepaald aan de hand van de vleugellengte. Geslacht en gewicht worden bepaald. Als de uilen terug gevangen worden kun je zien, na melding bij het Vogeltrekstation, hoe ver ze van hun geboorteplek zijn terecht gekomen, maar ook of zij een vaste partner hebben of met een andere partner in dezelfde nestkast broeden, leeftijd, gezondheid. Soms worden vogels heel intensief gevolgd.
Toen ik de uiltjes uit de nestkast pakte wist ik niet wat ik zag: geen vijf, maar zeven jongen in de kast! Een broedsel met zeven jongen is vrij uitzonderlijk. Arme ouders, die vier muizen per jong per etmaal moeten aanslepen. Vooral in de korte zomerse nachtelijke uren is dat een zware klus.
Het ringen is altijd heel bijzonder, vogels van zo dichtbij zien gebeurt niet zo vaak. Bovendien kun je ze even in de hand houden en uilen hebben toch altijd iets speciaals. Anders dan de meeste vogelsoorten, beginnen kerkuilen meteen na de leg van het eerste ei te broeden, waardoor verschil in leeftijd ontstaat, soms wel twee weken. Mezen bijvoorbeeld beginnen pas te broeden nadat het legsel compleet is, zij vliegen snel achter elkaar uit. Op de foto’s kun je zien, dat er in dit nest nogal wat leeftijdsverschil tussen de uilen is.
Als jonge vogels vliegrijp zijn, gaan de ouders minder voedsel aanbieden om de jongen uit het nest te lokken. Daardoor wordt het gewicht van de jonge vogels kleiner, waardoor ze gemakkelijker op de vleugels kunnen. Bij het wegen van jonge vogels zie je dat ze het grootste gewicht hebben als de veren nog niet helemaal ontwikkeld zijn. Dus oudere jonkies wegen dan minder!
Zaterdagochtend 2 juni kreeg ik al voor achten vanuit het clubhuis een telefoontje van Dinie, dat er een jonge kerkuil voor de ingang van het clubhuis op de grond zat. Een half uur later zat de tweede er ook. Beiden uit het nest gevallen. Dan denk je wat moet ik ermee, wat kan ik hieraan doen? Meestal is het beste om die vogels maar met rust te laten, de ouders vinden ze wel. Vervolgens ging er bij mij een belletje rinkelen. De uiltjes waren eigenlijk te jong om uit te vliegen. Wat zou de oorzaak zijn? Ik kwam tot de conclusie dat die oorzaak honger zou zijn. Zou er een ouder omgekomen zijn? Zouden er te weinig muizen te vangen zijn? Het nest was groot, waarschijnlijk overleven de jongsten uit zo’n nest niet.
Ik nam het besluit de uilen naar een roofvogelopvang in Barchem te brengen, niet natuurlijk, maar wel een behoorlijke zekerheid dat deze uiltjes niet binnen een paar dagen van de honger zouden doodgaan. Mevrouw Holtslag van de roofvogelopvang constateerde meteen dat de uiltjes “broodmager” waren, ze hoopte de jongen aan het eten te kunnen krijgen. Daar worden muizen gekweekt om als voedsel te dienen voor gewonde en uitgehongerde roofvogels. Deze muizen worden vers, dus warm gevoerd, dat schijnt de eetlust op te wekken… Naar aanleiding van bovenstaand en overleg met het vogelasiel, hebben we in de namiddag nog drie uiltjes uit de nestkast gehaald en overgebracht naar het vogelasiel. Deze vogels worden de eerste tijd in een kooi gehouden en gevoed, vervolgens gaan ze in volières om het vliegen machtig te worden. In die volieres zijn bakken met levende muizen, daarnaast worden er dode aangeboden. De uiltjes moeten leren zelf muizen te vangen, daarna kunnen ze terug in de natuur.
Na een maand van uitstekende verzorging zijn twee uilen in een kerkuilennestkast in Delden en drie uilen in een nestkast in Vierakker geplaatst. De uilen hebben één dag in een afgesloten kast gezeten om aan de omgevingsgeluiden te wennen. Daarna konden zij de vrije natuur in. Bij één kast werd nog een paar dagen eendagkuikens weggehaald.
Goen Jansen