Je winkelwagen is momenteel leeg!
Met negen jonge vogelaars nemen we deze ochtend een duik in de bijzondere wereld van het vogelonderzoek. Het is een volmaakte combinatie; de vijf vogelexperts (Gerard, Udo, Anne, Wouter en Thijs) die op een enthousiaste en speelse manier echt alle ins en outs van het vogels ringen laten zien en de kinderen die aan hun lippen hangen. Bij een rondgang langs de in het bos opgestelde mistnetten wordt met een opgepropt zakje gedemonstreerd hoe het net een vogeltje vangt, waarna de daadwerkelijk met hun pootjes verstrikt geraakte vogeltjes zorgvuldig uit de draden van het net gepeuterd worden. In een katoenen zakje kan zo’n vogeltje daarna een beetje bijkomen van de schrik. In optocht, de ringer, behangen met zakjes met vogeltjes voorop, gaat het naar de gereedstaande onderzoekstafel met alle gereedschap en onderzoeksmateriaal. Dan wordt voor het oog van de aandachtige kinderen de vogel heel voorzichtig tevoorschijn gehaald- en volgt de eerste vraag: ‘welke vogel is dit?’ Meteen komt het antwoord van één van de kinderen: ‘een zwartkop vrouwtje, want die heeft een bruin petje!’ Om de beurt wordt nu een vogeltje tevoorschijn gehaald en bijna tot op het bot onderzocht. De vogelexpert vertelt honderduit, af en toe aangevuld door zijn collega. Waarom blaast hij het buikje bloot? Wat is buikvet en wat een broedvlek? Hoe zie je het verschil tussen de tjiftjaf en de fitis als deze vogels hun snavel houden? De ringer spreidt het vleugeltje van tjiftjaf of fitis wijd uit en telt de handpennen: ‘het is een tjiftjaf want deze heeft kortere handpennen aan het eind van de vleugel!’ Bij de fitis zijn ze langer want die vliegen voor het overwinteren helemaal naar Afrika, terwijl de tjiftjaf in de buurt van de Middellandse zee blijft. Dan komt het precies opmeten van de vleugellengte en tenslotte wordt de vogel gewogen – op z’n kop in een kokertje en vlak voor het mag wegvliegen nog even gehypnotiseerd zodat hij doodstil op zijn ruggetje op één van de zo vlak mogelijk uitgestrekte handen van de kinderen kan blijven liggen. Adembenemend is dat om mee te maken maar sommige vogeltjes weigeren mee te werken en vliegen er zo vlug mogelijk vandoor. Ringer Gerard toont de felheid van een pimpelmees, die vinnig in zijn vingers pikt zodra hij de kans krijgt. Zo krijg je nog meer respect voor dit meesje. Een bijzondere vangst is de tuinfluiter; die valt op doordat hij geen kenmerken heeft. Is gewoon helemaal gemêleerd bruin. Een echt k.b.v-tje (klein bruin vogeltje) Als alle vogels zijn onderzocht en beschreven vertelt Gerard de kinderen over het vogelonderzoek en de resultaten. De zijkant van een keet is volgehangen met afbeeldingen met vogel- en ringinformatie.
Na de pauze met warme chocola en koek neemt hij ze ook mee naar een tafel met nesten waarbij de kinderen mogen raden welke vogels die maakten. Het nest van de zanglijster met de diepe holte en de mooi met aarde beklede wandjes oogst de meeste bewondering. Die van de duif de minste- want hoe blijven die eieren liggen op zo’n rommelig stelletje takken.
De ochtend wordt afgesloten met een quiz, gezamenlijk nagekeken en de punten van de juiste antwoorden opgeteld. De twee kinderen met de hoogste score nemen hun prijzen in ontvangst. Een boekje over de dieren op het erf en een stapel natuurtijdschriften. Voor iedereen is er een vogelringetje als aandenken aan dit bijzondere vogelevenement. Ook de ringers krijgen een aandenken als dank voor hun geweldig leuke vogelringpresentatie en betrokkenheid bij de kinderen. Bij het afscheid maken de ringers de kinderen en begeleiders nog even extra enthousiast door ze uit te nodigen voor een ringbijeenkomst in de herfst wanneer de vogels weer gaan trekken. Dan mogen de vogels gelokt worden met voer en vogelzang en zijn er nog meer soorten te bewonderen.