Zaterdag 21 November 2020: Herfstexcursie op de Velhorst

Het is koud, winderig en zwaar bewolkt. Het groepje van negen kinderen waarmee we op stap gaan is goed gemutst, nieuwsgierig naar wat we vanmorgen allemaal zullen beleven. De eerste vogeltjes die zich laten horen en zien zijn de boomklevertjes, meesjes met blauwe petjes en Frank vangt de langgerekte roep van een zwarte specht op, tuuuuu-tuuuu. De vogelgeluidenapp (Birdsounds Europe) laat het (nood)geluid nog eens horen. Dikke houtduiven in de hoogste takken. Het ene groepje kinderen dartelt al snel voor ons uit, op zoek naar alles wat nieuw en spannend is; de oudere meer bedachtzame kinderen speuren serieus, de oren gespitst, de boomkruinen en verre luchten af waar kraaien en kauwtjes voorbij vliegen. Een pimpeltje zit hoog in een boom een gaai na; de gaai heeft iets groots in zijn snavel en ai, dat zal toch niet ook een klein pimpelmeesje zijn. Ja, het klopt, gaaien eten vogeltjes, een moeder van een ‘eerstekeers’ jonge vogelaar, zag het afgelopen voorjaar gebeuren…

Achter een hek zien we gehoornde brandrode runderen, een hele familie; onbeweeglijk staren ze terug, niet onder de indruk van onze nieuwsgierige blikken. Precies andersom is dat bij de biggetjeswei. Maar eerst passeren we watertjes met visjes, de Berkel met meerkoeten en verre wilde- en kuifeenden, monumentale beuken met tonderzwammen, struinen langs struweelrijke paadjes met roodborstjes, merels en mezen, een boomgaard met steenuilenkast.

Erg leuk zijn de dartele staartmezen, op zoek naar voedsel in de takken van een berk. En dan is daar een saaie, kale biggetjeswei met eenzaam houten hok. Twee weides verderop is nog het moedervarken te zien. Zij is in elk geval een bezoekje waard. En bij de eerste stappen langs het raster, blijkt het stille hok ineens toch bewoond. Als bij toverslag ontploft het hok en rent een niet te stuiten troep vrolijke biggetjes ons tegemoet.

Na het uitgebreid bewonderen, becommentariëren, beknorren, aaien en gras voeren, en moedervarken complimenteren met haar kroost (één van de kinderen vindt dat ook zij geaaid moet worden) zijn we zelf toe aan koek en chocolademelk. Een jonge vogelaar constateert dat dit eigenlijk een biggenexcursie is!

Op de terugweg wordt een superhelder watertje geïnspecteerd en ontdekt het groepje onderzoekers de veerkracht van mos. Als we daarna een stoer koppel echte boswachters ontmoeten kan de ochtend niet meer stuk. Ze krijgen een stortvloed aan vragen voorgeschoteld: wat doet u precies, en wat is het ergste wat u meemaakte; wat het leukste en mooiste? En waarvoor is die knuppel en wanneer heeft u die voor het laatst gebruikt? De boswachters komen de auto uit en vertellen met graagte over hun ervaringen.

Dan aanvaarden we langs het rododendronpaadje de terugtocht naar de parkeerplaats en vinden daar nog een hoopje verse marterpoep. Hannah maakte ook deze keer weer een lijstje met alle vogels en andere bezienswaardigheden.